- stem
- {{stem}}{{/term}}1 voix 〈v.〉♦voorbeelden:1 alleen de stem van zijn geweten volgen • ne consulter que sa conscience〈figuurlijk〉 de stem van de natuur • la voix de la naturemet algemene, eenparige stemmen • à l'unanimité (des voix)met gedempte stem • à mi-voixmet een klein stemmetje • d'une toute petite voixmet luide stem • à haute voixde meeste stemmen gelden • la majorité (des voix) l'emportemet omfloerste stem • d'une voix voiléenaar de stem van de kiezers dingen • briguer les suffrages des électeurser gaan stemmen op • des voix se lèvent (pour)zijn stem geven aan • donner sa voix àeen stem in het kapittel hebben • avoir voix au chapitrede stemmen staken • il y a partage des voixzijn stem stokte in zijn keel • la voix lui manquazijn stem op iemand uitbrengen • voter pour qn.zijn stem verheffen • élever la voix〈figuurlijk〉 zijn stem verheffen tegen • élever une protestation (contre qc.)zijn stem verliezen • perdre la voixde stemmen zijn verdeeld • les avis sont partagésgoed bij stem zijn • être en voixde tweede stem zingen • chanter la deuxième voix
Deens-Russisch woordenboek. 2015.